Regisseur Jim Lucassen was de tweede jonge maker die door Kameroperahuis werd geselecteerd voor de werkplaats. Als uitgangspunt koos Jim Lucassen de opera La Princesse Jaune (1872) van Camille Saint-Saëns.
De eenakter La Princesse Jaune gaat over de Nederlandse kunstenaar Kornelis, die verliefd wordt op een door hemzelf gemaakt portret van een Japanse prinses. Onder invloed van drugs gaan droom en realiteit steeds meer door elkaar lopen. Lena, een meisje dat verliefd is op Kornelis, probeert hem weer met beide benen op de grond te krijgen. Door de hallucinerende middelen die Kornelis neemt, ziet hij Lena aan voor de Japanse prinses. Dit leidt tot de nodige emotionele conflicten, waardoor Kornelis tot inzicht komt dat hij eigenlijk altijd van Lena gehouden heeft.
Het verhaal van La Princesse Jaune speelt zich af in Nederland, maar geldt als een van de eerste voorbeelden van het japonisme dat aan het einde van de 19e eeuw als onderdeel van het oriëntalisme in de mode kwam. In zijn productie legt Jim Lucassen de nadruk op het isolement van de kunstenaar Kornelis, die zich verliest in een onbereikbare wereld van droombeelden. Deze beelden worden in de vormgeving gevisualiseerd door animaties die geïnspireerd zijn op mangacultuur als actuele vorm van japonisme.